Vooral de eerste jaren wisten wij niet goed wat we moesten met de bedoeling van de gesprekken die werden gefaciliteerd door Pleegzorg. Laat staan dat wij het verschil kenden tussen de rol van voogd en de pleegzorgwerker tijdens deze gesprekken.
De frequentie en de protocollen gaven niet direct ruimte voor ons proces als pleegouders. De lijsten die ingevuld moesten worden onder tijdsdruk, belemmerde ons open de zaken op tafel te leggen. En daarbij merkten we dat er niet echt bouwden aan een relatie met onze pleegzorgwerker.
Het voelde als een ‘administratief- moeten’. Met het doornemen van vragenlijsten, voorzagen wij de organisatie van informatie en werd er gevraagd onze persoonlijke kwesties uit te stellen tot een volgende keer.
Uit verhalen weet ik dat veel pleegouders zich -net als wij destijds- niet goed weten hoe zich op te stellen tijdens de structurele bezoeken van pleegzorgwerker en voogd. Er is veel twijfel over de verwachtingen over en weer.
Terwijl ik mij aan het verdiepen was in de voorbereiding van een nieuw programma, trof ik deze theorie. Aan de hand van de vraag die ik mijzelf stelde, formuleer ik hiermee een vertrekpunt die leidt tot het inzetten van eigen regie.
Hoe kun je nu ‘de regie pakken’ over je eigen proces, je ontwikkeling, in gesprek met andere partijen?
- Het antwoord is dialoog. Dialoog is alleen mogelijk binnen een wereldbeeld waarin mensen geen objecten zijn die je kunt gebruiken voor eigen doelen. Dialoog geeft betekenis en erkenning van iemands essentie.
- Echte relatie is niet een proces tussen objecten, maar het bewustzijn van zichzelf bij de gratie van verschillen in en verbondenheid. Verschillen vergroten de creatie-kracht bij beide partijen.
- Wanneer we met een gemeenschappelijke bedoeling met elkaar aan tafel zitten en dat van elkaar weten, dan zijn we in verbinding. We zijn ‘vloeibaar’ in gedrag, in plaats van ‘weerspannig’.
- Gesprekken met een echte ontmoeting zegt iets over ont-moeten. Niet moeten. Het is een staat waar het hart open kan zijn, omdat er niet aangevallen wordt en niet verdedigd hoeft te worden. In tegenstelling tot de gesprekken die geleid worden door zogenaamde lijsten, was ons optreden ‘weerspannig’ en vroegen wij ons af wat het met ons proces, onze ontwikkeling bijdroeg om kind(eren) ondersteuning te bieden.
Vooral de gratie van verschillen zijn een eyeopener voor mij geweest. Hoe je hier optimaal een gesprek kunt voeren, met de inzet van jouw creatie-kracht vind je in de checklist ‘Het Goede Gesprek’.